Koppelstaafjes, hechtingsproblemen en ‘de creatieve geest van de architect’
Na het ongeluk met de parkeergarage bij Eindhoven Airport in 2017 waren er zorgen over betonnen vloeren. Het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) heeft daarop de breedplaatvloeren onder de loep genomen. De versteviging van risicovolle vloeren lijkt bijna voltooid. ‘Wij lopen voorop.’
Breedplaatvloeren hebben decennialang een anoniem en onopvallend bestaan geleid. Tot vijf jaar geleden een deel van een parkeergarage in aanbouw bij Eindhoven Airport instortte. Toen de bovenste vloer het begaf, nam die in zijn val telkens de daaronder liggende vloeren mee tot de begane grond bereikt was. Na dit dramatische ongeluk stond de breedplaatvloer ineens middenin de belangstelling.
Hechtingsproblemen
Wat ging er mis? ‘De problemen hebben te maken met de creatieve geest van de architect die in de vloer zit’, zegt Rob van Rossum. Hij is programmamanager Breedplaatvloeren bij het Rijksvastgoedbedrijf (RVB).
Architecten wilden - ruwweg vanaf 2000 - meer vrijheid voor de vorm van de vloeren. Als je platen met elkaar verbindt zonder ondersteunende kolommen en balken win je veel ruimte. Zonder balken bespaar je ruimte in de hoogte en dan passen er meer verdiepingen binnen de maximale bouwhoogte.
En met de afwezigheid van kolommen win je ruimte op de vloer. ‘Het doel is natuurlijk zoveel mogelijk vierkante meters want daar verdien je je geld mee als je een kantoor bouwt. Elke kolom kost weer ruimte en dan hou je minder nuttige vierkante meters vloeroppervlak over. Hoe minder kolommen, hoe beter.’
En op zich kun je ook prima breedplaatvloeren verlengen zonder kolommen. Maar dan moet je de platen stevig met elkaar verbinden. En dat is niet altijd gebeurd. Twee platen maak je aan elkaar vast met verbindingswapening en zogeheten koppelstaven. En daar bovenop wordt dan beton gestort.
Drie dingen kunnen daarbij mis gaan. De koppelstaafjes zijn soms te kort. Een tweede probleem is dat het gestorte beton na verloop van tijd loslaat. Als de plaat van heel dicht beton is gemaakt, hecht het beton dat je erop stort namelijk minder goed. Tenslotte kan er iets mis zijn met de wapening. Als de wapening niet goed is bevestigd, kan die het loslaten van het beton niet genoeg afremmen. In het ergste geval kan door de te korte koppelstaafjes en het loslatend beton de verbinding breken. Van Rossum: ‘En dan stort de vloer in.’
13.000 Dossiers
‘De eerste vraag die we ons stelden: waar zitten breedplaatvloeren in de panden die we in gebruik en in beheer hebben? Dat was op zich al een monnikenklus, want er zijn 13.000 objecten. We hebben veel dossiers moeten uitvlooien om te kijken welke vloeren risico’s hebben. Van sommige objecten hebben we niet voldoende informatie. Dan moeten we de constructie scannen. Kloppen kan soms ook. Net zoals bij tegels in je badkamer kun je door te kloppen erachter komen of er een holte is. Als je hoort dat er een holte is, weet je dat de hechting heeft losgelaten.’
In 2020 was er een goed beeld. ‘Er kwamen panden bij en er zijn weer panden afgegaan. Uiteindelijk kwamen we uit op 22 à 23 gebouwen. We hebben met de landsadvocaat nog naar de aansprakelijkheidsstelling gekeken. We hadden in de meeste gevallen weinig kans om de kosten te verhalen omdat we de constructie hadden voorgeschreven of bij oplevering de constructie aanvaard hebben.’
Daarna gingen constructeurs – vaak dezelfde bureaus die bij de bouw betrokken waren – aan de slag. Ze berekenen de krachten en bepalen waar de verbetering nodig is. Van alle verdachte gebouwen waren de rechtbank in Zwolle en drie gebouwen op Vliegbasis Volkel er het slechtst aan toe.
Ankers en lijmwapening
Hoe zijn de verbindingen veilig gemaakt? Het RVB heeft oplossingen van verschillende marktpartijen onderzocht. Je kunt de verbinding sterker maken door een gat in de vloer te boren. Daar gaat dan een stalen anker (een soort bout) in dat de lagen van de verbinding bij elkaar houdt. Ook kun je met een anker twee metalen platen aan de boven- en de onderkant van de vloer met elkaar verbinden om de naad te verstevigen.
Lijmen kan ook. ‘Voor de rechtbank in Zwolle zijn we uitgekomen bij een bedrijf dat met lijmwapening kwam’, zegt Van Rossum. ‘Er worden dan koolstoflamellen tegen de vloer aangelijmd. Die lamellen kunnen veel krachten opvangen, het materiaal wordt ook gebruikt in de vliegtuigindustrie. Het heeft een grote flexibiliteit maar is toch heel sterk.’
Het gaat bij het programma Breedplaatvloeren niet alleen over techniek. ‘We hebben delen van de rechtbank buiten gebruik moeten stellen. Dat raakt aan de emotie natuurlijk. Mensen die er werken, gaan zich dan onveilig voelen en dat moet je heel goed managen. Vervolgens heb je ook nog een puzzeltje te leggen bij de uitvoering. Sommige naden zijn lastig te bereiken omdat er luchtkanalen en leidingen van installaties in de weg zitten.’ Dat probleem speelt ook bij de ministeries aan de Turfmarkt in Den Haag. ‘Daarom duurt het zo lang.’
Kennis delen
Het RVB heeft natuurlijk geen monopolie op breedplaatvloeren. In veel meer gebouwen kunnen risicovolle verbindingen zitten. ‘Met de aanpak van breedplaatvloeren loopt het RVB voorop’, stelt Van Rossum. ‘Wij delen onze informatie en opgedane ervaring met de Vereniging Nederlandse Constructeurs, het kennisinstituut TNO en het ministerie van Binnenlandse Zaken die verantwoordelijk is voor de bouwregelgeving.’
Het RVB helpt andere partijen graag, maar niet iedereen denkt dat het zo’n vaart zal lopen met risicovolle verbindingen. ‘Er zijn partijen in de markt die onze grondige aanpak onzin vinden. Zij stellen dat er niets aan de hand is.’
Ook niet bij alle eigenaren van panden die het RVB huurt, is de urgentie hoog. ‘Het gaat niet altijd helemaal soepel. De eigenaren zijn verplicht om de naden door te laten rekenen. Wij vragen de berekeningen op. De eigenaren hebben het doorrekenen uitbesteed aan de beheerders en die snappen het vaak niet. We moeten veel uitleggen hoe wij het willen zien en welke informatie wij willen hebben. Als er niets wordt gedaan, kan de uiterste consequentie zijn dat we eruit gaan als de huurovereenkomst afloopt.’
Kosten
Het aanpakken van alle risicovolle naden gaat zo’n 80 tot 100 miljoen euro kosten. Van Rossum: ‘Als ze het in de bouw meteen goed hadden gedaan, was het allemaal niet nodig geweest. We zijn nu aan het einde van de inventarisatie gekomen. Toch zijn er telkens nog verrassingen. Het DUO-gebouw in Groningen bijvoorbeeld. Daar zitten toch kritische naden in waar we naar moeten kijken.’