Stokoude lift Jachthuis Sint Hubertus laat techneutenhart harder kloppen

De lift in Jachthuis Sint Hubertus is zo oud dat een smid er onderdelen voor maakte. Indertijd ontworpen voor 300 kilo "of 4 personen met inbegrip van den bestuurder". ‘We zijn wat zwaarder geworden de afgelopen eeuw.’

Voor de bezoekers van Jachthuis Sint Hubertus is het alleen mogelijk om de lift uit 1917 kort te betreden. Rijden met de lift is helaas niet mogelijk. Toch een ritje met de lift ervaren? Bekijk dan de video.

STILTE

(Beeldtitel: Jachthuis Sint Hubertus. Lift uit 1917. Marco van de Wetering, technisch adviseur transportinstallaties, steekt onder het woordje 'lift' een sleutel in een slot. Daarna schuift hij een dubbele deur open, stapt de lift in en doet de deur weer dicht.)

VREDIGE MUZIEK

(Marco drukt op de bovenste van vijf knopjes, waarna een wiel in beweging komt met daaraan een stalen kabel. Onder het woordje 'lift', boven het slot, brandt een lampje met 'in beweging'.)

DE VREDIGE MUZIEK STOPT

(Op een bordje binnen in de lift staat: 'personen - lift. Toe te laten belasting 300 kg of 4 personen met inbegrip van den bestuurder. De deuren steeds goed te sluiten.')

(Een veer springt naar achteren en naar voren. In de machinekamer draait een buis rond, die een ketting in beweging houdt. Een wiel doet hetzelfde met de stalen kabel. Een mechanische rem laat de lift stoppen op de gewenste verdieping.)

DE VREDIGE MUZIEK SPEELT VERDER TOT HET EIND VAN DE VIDEO

(Marco opent de dubbele deur, gevolgd door een enkele deur. Daarna stapt hij de lift uit en doet de enkele deur weer dicht. Het Nederlandse wapenschild met daarnaast: Rijksvastgoedbedrijf. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Beeldtekst: Jachthuis Sint Hubertus. Lift uit 1917.)

Wie het klassieke Jachthuis Sint Hubertus, verborgen in de bossen van Hoenderloo, aanschouwt zal niet gelijk denken dat het meer dan honderd jaar oude monument een lift heeft. Binnen blijkt dat maar liefst vijf verdiepingen van het jachtslot per lift bereikbaar zijn. De lift is een oudje: in 1917 is de constructie van de complete installatie voltooid. Liften waren überhaupt zeldzaam. En geheel nieuw voor die tijd was de kooiafsluiting. Het jachthuis, ontworpen door architect Hendrik Petrus Berlage, is een monument. En dat geldt ook voor de lift. Marco van de Wetering, technisch adviseur transportinstallaties, ziet er op toe dat de stokoude lift in topconditie blijft: ‘Het is een unieke lift die voor mij erg bijzonder is.’

Van de Wetering heeft ongeveer 2400 transportinstallaties onder zijn hoede. De objecten variëren van roltrappen en liften tot gevelinstallaties en hijswerktuigen. Alle objecten hebben inspecties of oplevering van werkzaamheden nodig. Van de Wetering reist hiervoor door het hele land. ‘De liften in het kantoor van Rijkswaterstaat in Delft vind ik heel bijzonder, net als de lift in huis Doorn op de Utrechtse Heuvelrug.’ Maar de lift van Sint Hubertus op De Hoge Veluwe steekt er volgens Van de Wetering met kop en schouders bovenuit. ‘Echt een pareltje. Als ik Sint Hubertus bezoek, gaat mijn techneutenhart toch even wat harder kloppen.’

Vergroot afbeelding
Beeld: RVB/Rob Gieling

Volg via de foto's Marco van de Wetering terwijl hij de klassieke lift van Jachthuis Sint Hubertus bezoekt.

Klik op de pijlen >> in de foto’s of op de bullets eronder en mis geen moment.

(Voor deze reportage zijn alle veiligheidsmaatregelen in acht genomen.)

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    Vanwege de monumentale status van het jachthuis heeft het RVB de verplichting om de lift in goede conditie en in oorspronkelijke staat te houden. Daarvoor werkt het RVB samen met aannemer Schindler Liften. Henri Luttje (rechts) is de vaste onderhoudsmonteur: ‘Het is een unieke lift waarvoor regelmatige inspecties nodig zijn. De lift moet wettelijk om de achttien maanden een veiligheidskeuring krijgen van een onafhankelijke partij. Toen ik hier voor het eerst kwam, moest ik echt uitzoeken hoe de lift in elkaar steekt.’

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    Naast het opvallende interieur met gepolitoerd hardhout – vandaar de glans - verraden de Romeinse cijfers op het bedieningspaneel dat de lift op leeftijd is. Met een staruimte van ongeveer twee vierkante meter is het nogal krap in de lift. In de kooi hangt een plaatje met de tekst: “Toe te laten belasting 300 K.G. of 4 personen met inbegrip van den bestuurder.” Van de Wetering: ‘In principe klopt dat niet meer. Gemiddeld zijn we allemaal wat zwaarder geworden in de afgelopen eeuw. Bezoekers van het jachthuis mogen de lift niet gebruiken. Dat doen wij alleen om de status van de lift te controleren. Er staan eigenlijk nooit meer dan twee personen in de lift.’

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    Van de Wetering checkt de stevigheid van onderdelen die enigszins raadselachtige namen hebben: ‘Dit zijn de vaste geleiders en de grendelschaatsen. Om de lift tijdens het rijden zo stabiel mogelijk te houden, krijgt de bewegende kooi ondersteuning van de geleiders. Deze lift is de enige lift in onze portefeuille met pokhouten geleiders’, vertelt Van de Wetering glunderend. De lift kan niet rijden als er op één van de verdiepingen een deur is geopend. Op zowel de schuif- als de klapdeur is een elektrisch gecontroleerde beveiliging bevestigd. Alleen door de deuren te sluiten, kan de lift bediend worden.

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    Een belangrijk onderdeel van de lift is het contragewicht. Dit gewicht heeft een eigen schacht en zorgt ervoor dat het systeem in balans blijft. Ook de snelheidsbegrenzing en de ‘vang’ zijn essentiële veiligheidsonderdelen van de lift die om regelmatige inspecties vragen: ‘De vang dient als extra beveiliging die in werking treedt wanneer de lift in te hoge snelheid neerwaarts beweegt. Belangrijke onderdelen om goed te inspecteren.’ De inspecties vinden plaats aan de hand van de BOEI-inspectiemethodiek. ‘Ik geef gastcolleges aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Hier doceer en promoot ik de BOEI-methodiek die ik in mijn dagelijkse werk toepas.’

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    De lift is gefabriceerd door Carl Flohr, een Duits productie- en machinebedrijf opgericht in 1879 in Berlijn. Rond 1951 is Flohr overgenomen door liftfabrikant OTIS waardoor de naam Carl Flohr uit beeld raakte, behalve in de kruipruimte van het jachthuis. Hier zijn een aantal oorspronkelijke onderdelen van de lift te vinden. Links van de naamplaat van Carl Flohr staat naast het originele remmechanisme ook een deel van het oude contragewicht. ‘Bij het maken van de lift is veel handwerk te pas gekomen. Zo is al het staal met de hand door een smid gemaakt. Omdat bepaalde onderdelen niet meer voldoen aan de veiligheidseisen, hebben we ondanks de monumentale status toch delen moeten vervangen’, legt Van de Wetering uit.

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    Normaal gesproken bevindt een machinekamer zich boven de lift. In het geval van Sint Hubertus is de machinekamer onder de lift te vinden. Voor de liefhebbers: het is geen standaard tractielift, maar een trommellift met een contragewicht. Onderdeel van de machinekamer is de elektriciteitskast. In hertzen en volt’s staat aangegeven hoe het elektriciteitsmechanisme in elkaar steekt. Op de achtergrond is de aandrijfmotor met trommel te zien waar de staalkabels uitkomen. Als de aandrijfmotor de staalkabels oprolt, gaat de lift omhoog en het contragewicht naar beneden. Bij het laten vieren van de staalkabels daalt de lift en komt het contragewicht weer omhoog.

  • Beeld: RVB/Rob Gieling

    De lift moet getest. Van de Wetering roept de lift op met een lange sleutel. ‘Tegenwoordig druk je natuurlijk op een knopje maar bij deze lift is dat niet het geval. In plaats daarvan is elke verdieping is een haakje aanwezig met daaraan een bedieningssleutel.’ Wanneer Van de Wetering de lift instapt, is een harde knal te horen. ‘Geen zorgen. Het is een drukplaat die bij activatie de lamp in de liftkooi aanzet. Revolutionair voor die tijd‘, zegt Van de Wetering vol enthousiasme. De lift komt hobbelend op gang waarna op elke verdieping een lampje gaat schijnen. De lift is op weg naar de vijfde verdieping, net onder de toren van het jachthuis.