Technology Center Land: ‘Uitstraling en niveau van Formule 1-werkplaats’

Het zwaarste geschut van de Landmacht kan er terecht. Maar ook de kleinste quads van de Luchtmobiele Brigade. Voor onderhoud aan pantservoertuigen en ander groot Defensiematerieel bouwt het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) in Leusden het Technology Center Land (TCL).

Vergroot afbeelding Digitale schets van Technology Center Land.
Beeld: ©Van Wageningen Architecten/ Visualisatie: bmd3d
Digitale schets van Technology Center Land

Defensie stelt hoge eisen aan alles wat rijdt. ‘Voertuigen krijgen flink op hun donder en Defensie wil zeker weten dat, wanneer het erop aan komt, alles goed werkt. Het TCL, waarvan de bouw volgend jaar begint, is geen gewone werkplaats. Het is voor specialistisch onderhoud, het beproeven en het verder ontwikkelen van dit grote materieel’, zegt projectmanager Marc van Noort van het RVB.

Werkplaats

Er was natuurlijk al een werkplaats. Die stamt uit de jaren ’50 en was indertijd gebouwd voor onderhoud aan de Centurion-tank. Die staat inmiddels al lang in het museum.  De oude werkplaats, waar de afgelopen decennia allerlei gebouwtjes aan zijn toegevoegd, is ook door de tijd ingehaald. Pal naast de oude werkplaats zal het nieuwe TCL verrijzen. De bedoeling is dat in 2028 de monteurs en al het andere personeel verhuizen. De oude werkplaats wordt vervolgens gesloopt en maakt ruimte voor de natuur.

De nieuwe locatie moet functioneel, modern en aantrekkelijk zijn, stelt Van Noort. ‘Goed werkgeverschap speelt een belangrijke rol bij het ontwerp. Het onderhoud is gespecialiseerd werk waarvoor je mensen moet opleiden. Die wil je dan natuurlijk niet kwijt.’
In het hoofdgebouw zul je daarom geen vettige vloeren en smoezelige wanden aantreffen. ‘Vuil en schoon werken zijn gescheiden. Er komt een apart gebouw voor het reinigen, het stralen (verf verwijderen, red.) en het spuiten. In het hoofdgebouw is alles licht en schoon. Je kunt qua uitstraling en niveau denken aan een Teslafabriek of een Formule 1-werkplaats.’

Vergroot afbeelding Portretfoto van projectmanager Marc van Noort
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Projectmanager van het RVB, Marc van Noort.

Flexibel

Het nieuwe TCL is groter (60.000 vierkante meter) dan het oude gebouw (40.000 vierkante meter). ‘Dat heeft onder andere te maken met veiligheid’, zegt Van Noort. ‘Omdat er heftrucks rijden, moeten er separate heftruckzones zijn. Dat kost ruimte. Datzelfde geldt voor de flexibiliteit die Defensie graag wil hebben. We maken een gebouw dat passend is, maar niet zo passend dat het een maatpak is. Er is ruimte voor groei. De architect heeft gekozen voor behoorlijk grote overspanningen waarmee je een grote vrije vloer krijgt zonder kolommen. Door een paar lijnen op de vloer te wijzigen, kun je snel de indeling aanpassen aan een groter of kleiner voertuig. Daarnaast zijn er binnenstraten gecreëerd, met maar één buitendeur. Je parkeert het voertuig en je hoeft het niet meer buitenom te verplaatsen naar een ander werkgebied. Dat is niet alleen efficiënter, maar ook voor de klimaatbeheersing veel beter.’

Zes meter hoogteverschil

De architect heeft slim gebruik gemaakt van een kenmerkende eigenschap van de Utrechtse Heuvelrug: hoogteverschillen. Op het terrein zit er tussen het hoogste en laagste punt maar liefst zes meter. De architect heeft de helling benut voor een ontwerp met twee lagen. Een begane grond op het hoogste punt en een souterrain onderaan de heuvel. Het plafond in het souterrain is met ruim elf meter hoog genoeg voor een pantserhouwitser met een rechtopstaande loop. Die twee lagen komen de veiligheid ten goede. Met ongelijkvloerse kruisingen zijn routes van werknemers en voertuigen van elkaar gescheiden.
Op de begane grond zijn nog meer werkplaatsen en opslagruimtes en kantoren. Er is binnen het TCL ook ruimte voor samenwerking met het bedrijfsleven en opleidingsinstituten. ‘Sommige systemen worden door bedrijven in samenspraak met Defensie ontwikkeld. Daarvoor zijn er test- en ontwerpruimtes binnen het TCL. Ook komen er lokalen voor trainingen.’

Reptielen

De voorbereidingen op de bouw zijn begonnen met het afvangen van hazelwormen, zandhagedissen en ringslangen. ‘Voor de reptielen hebben we elders nieuwe leefgebieden. De bouwplaats hebben we met schermen compleet afgezet. Anders zijn ze zo weer terug. Vervolgens gaan we de bomen kappen en het terrein bouwrijp maken.’

De aanbesteding komt deze week op TenderNed en in 2025 moet de bouw beginnen. 'Hergebruikte materialen zullen bij de aanbesteding een belangrijk gunningscriterium zijn’, zegt Van Noort. ‘De markt is druk bezig om in te springen op de vraag naar hergebruikte materialen. Er zijn initiatieven genoeg en we kijken hoe we daar op kunnen aanhaken. We zijn ook aan het onderzoeken of we groen staal (staal met minder CO2-uitstoot, red.) kunnen toepassen.’

Motorenproefstand

Verder moet het pand uiteraard goed geïsoleerd zijn. En Defensie wil de energie die verbruikt wordt bij het testen van de motoren niet verloren laten gaan. Als de motoren gereviseerd zijn, gaan ze op een motorenproefstand. De technici laten de motor dan lang draaien en dit kost de nodige liters diesel. Maar veel energie wint Defensie terug. Van Noort: ‘Op de motorenproefstand gaat het niet alleen om het opwekken van elektriciteit, maar ook de warmte van de motor wordt gebruikt om het gebouw te verwarmen.’

Onmisbaar

'TCL is onmisbaar voor de inzetgereedheid van de operationele eenheden van Defensie', zegt Van Noort afsluitend. 'De monteurs kunnen in de moderne werkplaats het materieel niet alleen goed onderhouden voor de huidige inzet, maar ook verder ontwikkelen voor de toekomst.'