Plafond om mee te pronken
Nieuwsbericht | 07-01-2025 | 13:16
Een monumentaal plafond ligt uitgestald op de grond en vult met gemak een zaal met beschilderde planken en gouden ornamenten. Ooit hing dit zeventiende-eeuwse plafond in het Binnenhof – zal het daar ooit weer terug komen?
Vergroot afbeelding
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Het kunstwerk is speciaal gemaakt voor de Engelse koningsdochter Mary Stuart II, de vrouw van stadhouder Willem III. Gewoonlijk is het plafond netjes in speciale kratten opgeslagen in het Collectie Centrum Nederland (CCNL) in Amersfoort, een depot van vier rijkscollecties. Voor onderzoek is het nu helemaal uitgelegd. Julia Hennig, monumentenadviseur bij het Rijksvastgoedbedrijf, en Paul van Duin, oud-hoofd meubelrestauratie van het Rijksmuseum, geven tekst en uitleg aan een filmploeg. Die draait hier voor de serie De kunst van het Binnenhof, de plek waar het plafond ooit hing.
‘Zie je die zon daar op dat schilderij? Die hoort er echt uit te springen. Te schitteren als middelpunt’, vertelt Van Duin enthousiast voor de camera. Dat was precies de bedoeling van het opvallende plafond. En daarmee het laten schitteren van de bewoner, de latere Engelse koningin Mary Stuart II. Haar Nederlandse man, stadhouder-koning Willem III, liet het plafond maken in 1678, vlak na hun huwelijk. ‘In de zeventiende eeuw was die zon een stuk feller. De kleuren van de schilderingen zijn nu echt fletser.’ Zo op een kar is het schilderij sowieso minder imposant dan als middelpunt van een metersbreed plafond in een ooit rijk gedecoreerde kamer.
Voorzichtig
Het zonnige schilderij is het centrale deel van het plafond, dat grotendeels ligt uitgestald op de grond voor onderzoek. Van Duin loopt er voorzichtig tussendoor: ‘Het plafond bestaat uit zo’n 150 eikenhouten planken en drie schilderingen op doek. Om het plafond nauwkeurig te kunnen onderzoeken, hebben we de planken helemaal uitgelegd. De schilderingen op doek wilden we zo min mogelijk in onze handen hebben, vandaar dat die op karren staan.’ Op de plek van de schilderijen, liggen nu kartonnen mallen. Ook de vergulde ornamenten die de naden moeten afdekken, liggen op de grond.
Volg Julia Hennig en Paul van Duin tijdens de filmopnamen van het Mary Stuart II plafond. Klik op de pijlen >> in de foto’s of op de bullets eronder en mis geen moment.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Als je Hennig vraagt waarom dit plafond dan zo bijzonder is, verschijnt er een grote glimlach op haar gezicht. ‘Heb je even?! Het is één van de weinige plafonds uit die tijd dat zo goed bewaard is gebleven. Meestal vielen ze ten prooi aan modernisering of verwaarlozing. Dit overdadige plafond hing in de kamer waar Mary haar gasten ontving. Die moesten geïmponeerd worden, en hoe!’ Ook de manier waarop het plafond gemaakt is - in een boog - valt op: ‘Dat zie je alleen in hele bijzondere panden, zoals paleis Huis ten Bosch en de plenaire zaal van de Eerste Kamer.’
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Ze stoppen even bij de zonnebloem. ‘Het plafond is heel feestelijk versierd. Mary hield waarschijnlijk van bloemen, omdat ze ook vaak op haar portretten staan’, denkt Van Duin. ‘Naast het plafond was de kamer ook rijk ingericht, met zijde en fluweel, zilveren meubels, wandtapijten, kandelaars en kunst.’ Het plafond hing op de tweede verdieping van de Buitenhofvleugel. De indeling van de kamers was als bij het Franse hof: een serie vertrekken die in elkaars verlengde lagen. Hennig: ‘In de bedkamer kwamen mensen die belangrijk genoeg waren om op visite komen. Nu doen we dat liever niet in pyjama, maar toen liet je daarmee juist zien hoe belangrijk je was.’ Om het bed stond soms een balustrade om de mensen op afstand te houden en het standsverschil te benadrukken.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
De drie schilderijen van het plafond staan ter bescherming op grote karren. Ze zijn één en al symboliek. ‘Ze beelden de dageraad en schemering uit, een geliefd thema voor slaapkamers in die periode’, legt Van Duin uit. De symbolen waren algemeen bekend. ‘De figuur Apollo staat voor de zon. Hij wordt weggejaagd door donkere wolken, de nacht komt er al aan. Je ziet het ook aan deze vleermuis, een symbool voor het vallen van de avond.’ Op het schilderij van de ochtend staat een schattig engeltje met een kruik: ‘Zie je die druppeltjes? Dit engeltje verspreidt dauwdruppeltjes.’ Het is niet het enige engeltje. Ook de planken van het plafond zijn rijkelijk versierd met engeltjes die lange bloemenslingers vasthouden en in het midden vliegen ze bij de wolken.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Het plafond heeft 200 jaar in het Binnenhof gehangen, waarna het aan een zwerftocht begon. Het kreeg een plek in het gloednieuwe Rijksmuseum in Amsterdam, dat in 1885 de deuren opende. In 1927 zijn de zalen opnieuw ingericht en verhuisde het plafond naar het Gemeentemuseum Den Haag. Van Duin: ’Hier is het plafond aangepast, waarschijnlijk omdat de zaal te klein was. Gelukkig zijn de overbodige stukken wel al die tijd bewaard gebleven.’ Toen het Gemeentemuseum tijdens de Tweede Wereldoorlog ontruimd moest worden, kwam het plafond terecht in de opslag van het Rijksmuseum. Begin jaren zeventig is het vervolgens ingebouwd op de nieuwe Afdeling Nederlandse Geschiedenis. ‘De bekende restaurateur Nico van Bohemen heeft het plafond toen uitgebreid gerestaureerd. Het was echt een van de hoogtepunten van die serie zalen.’ Het plafond bleef hier tot het RVB in 2004 het Rijksmuseum ging verbouwen. In de nieuwe indeling van het Rijks bleek geen plek meer voor het plafond, en zo kwam het in het depot CCNL terecht.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Dat het plafond ligt uitgestald voor onderzoek tijdens de renovatie van het Binnenhof is geen toeval. Van Duin onderzoekt wat de conditie is en of het eventueel mogelijk zou zijn om het plafond terug te kunnen plaatsen. ‘We bekijken, fotograferen en documenteren alles nauwkeurig, zowel de beschilderde voorkant als de achterkant. Dat laatste levert namelijk ook heel veel informatie op over eerdere montages, restauraties en mogelijke aanpassingen. De uitdaging zit vooral in het bepalen van de juiste kromming van het gewelfde plafond. De oorspronkelijke constructie waarop het getimmerd zat, is namelijk verloren gegaan.’ Het plafond is in behoorlijk goede staat, maar restauratie zou nodig zijn, volgens Van Duin.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Een eventuele restauratie van het plafond zou vooral esthetisch zijn. Van Duin: ‘Op de planken is weinig verf dat los zit. Het is vooral zorgen dat de glansgraad evenwichtig is: soms is de retoucheerverf namelijk wat glanzender dan de originele verf.’ Wel echt storend zijn de witte vlekken. Het resultaat van restauratieverf uit de jaren zeventig. ‘De restaurator gebruikte verf met zinkwit. We weten nu dat zinkwit de eigenschap heeft om te gaan reageren en jaren later als kristallen naar de oppervlakte te komen. Vandaar dat je nu overal witte vlekken ziet op delen die in die tijd zijn gerestaureerd, zoals bij dit engeltje. Al het zinkwit zou dus van de schilderijen weggehaald moeten worden en de beschadigingen eronder opnieuw bewerkt.’
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
De schilderijen zitten ook vol met witte stroken. ‘Tijdens die laatste restauratie zijn de schilderijen voor extra stevigheid op triplex geplakt. En omdat het plafond aan de zijkanten krommingen heeft, zitten er twee knikken in het triplex. Bij de demontage van 2004 is er een soort noodverband van Japans papier opgeplakt ter bescherming van de verf. Vandaar die witte stroken, maar dat kan er heel makkelijk weer afgehaald worden’, verzekert Van Duin.
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
Van Duin trekt zijn handschoenen aan en laat Hennig het hout zien: ‘In 2019 hebben we de planken laten dateren aan de hand van de jaarringen. En wat bleek? Veel planken zijn uit dezelfde negen Duitse bomen afkomstig. En die planken klopten qua datering precies met het bouwjaar van het plafond.’ Het eikenhout van de originele planken is van hele goeie kwaliteit, wat niet vreemd is voor een koninklijk plafond. ‘Het buitenste deel van de stam, het spinthout, is er allemaal afgezaagd voordat er planken van zijn gemaakt. Dit goedkopere hout is vatbaarder voor houtworm omdat er meer voedingsstoffen in zitten.’
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
‘Het dak op het Binnenhof lekte, waardoor dit ondergelegen plafond te lijden heeft gehad’, voegt Hennig toe. De vochtkringen zijn gelukkig alleen op de achterkant te zien. Van Duin: ‘Daar hoeven we niets te doen, maar je kunt aan de achterkant wel zien dat er veel met de planken is gebeurd. Er zijn strookjes hout ingezet, waarschijnlijk omdat er scheuren in zaten. En aan de zijkant zijn stukken aangezet. Misschien omdat ze daar te beschadigd waren vanwege het vele demonteren.’
Beeld: Rijksvastgoedbedrijf
In het hout van het plafond zat dan geen houtworm, maar in het houtsnijwerk wel. Dit is te zien aan de kleine gaatjes. Van Duin laat heel voorzichtig een stukje zien van het oorspronkelijke ornament van lindehout dat de oranjetak symboliseert: ‘De ornamenten zijn schitterend gesneden met bladeren en vruchten. In 1970 zijn ze opnieuw verguld, alleen niet zo netjes. En de nieuwe stukken die de delen met houtworm vervangen, zijn wat grover van vorm dan het origineel.’ Gelukkig zie je dat alleen van dichtbij en niet als het ornament tegen het plafond zit.