De opbrengst van verkoop van gebouwen en gronden door het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) bereikt in 2018 een piek van meer dan 373 miljoen euro. Dat is bijna twee derde van de totale omzet uit verkoop en verhuur in dat jaar. Vanaf 2019 zakt de omvang van verkoop van gebouwen en gronden sterk terug en komt uit op 80 miljoen euro. De belangrijkste reden hiervoor is de afloop van een verkoopprogramma. Daarnaast speelt mee dat gebouwen minder snel worden verkocht omdat die een maatschappelijke bestemming krijgen. Zo worden objecten geschikt gemaakt voor bewoning of ingezet voor de huisvesting van statushouders. Verhuur en pacht uit gronden en opstallen vormt in 2021 de grootste inkomstenpost met ruim 109 miljoen euro. Daarna volgt verkoop van gebouwen en grond met 107 miljoen euro, waarvan 40% afkomstig van de verkoop van grond. In 2021 is de verkoop van zand, grind en schelpen met 2,5 miljoen euro goed voor het kleinste aandeel van de inkomsten.